achtergrond

oiκoδomε

voor bouwbiologische en bouwkundige adviezen




Richtwaarden


Maatstaf voor de bouwbiologische richtwaarden is de natuur

Richtwaarden die horen bij het bouwbiologisch onderzoek zijn te vinden op https://www.baubiologie.de/downloads/richtwerte-schlafbereiche-15.pdf).
Door deze richtwaarden in acht te nemen kunnen gezondheidsklachten worden voorkomen of teruggedrongen.

Onze omgevingsfactoren veranderden de laatste eeuw in snel tempo. Zo snel, dat een groeiend aantal mensen problemen krijgt met de gezondheid.

Om u een indruk te geven het volgende:
Op elektromagnetisch gebied (een fysisch onderdeel) zijn de velden in de laatste 100 jaar met een factor
1 miljoen x 1 miljoen x 1 miljoen (dat is een 1 met 18 nullen) toegenomen en ze stijgen nog steeds.
Hoewel een groeiend aantal mensen hiervan enorme hinder ondervindt (zij zijn elektrohypersensitief geworden, verdragen deze velden niet meer en kunnen daardoor geen normaal leven meer leiden), legt de overheid nog geen beperkende stralingslimieten op.

Op chemisch gebied is het aantal milieu en gezondheid belastende stoffen in onze directe omgeving ook explosief gestegen. Het gaat daarbij om brandvertragers, oplosmiddelen, weekmakers, verdelgingsmiddelen, lucht“verfrissers”, etc..

Op microbiologisch gebied zien we bijvoorbeeld bij gemaakte bouwfouten, of slecht onderhouden installatiesystemen, of slechte ventilatie, schimmelvorming ontstaan. Dit type belasting komt regelmatig voor.


Veranderingen zien, oplossigen zoeken; een voorbeeld:
Indien de ventilatie in woningen onvoldoende is, kunnen zich schadelijke stoffen ophopen.
De overheid ziet deze toename van een ongezond binnenklimaat in woningen, scholen, kinderdagverblijven, enz. ook (zie: http://www.rivm.nl/Onderwerpen/B/Binnenmilieu), maakt daar rapportages van en probeert al jaren middels ventilatierichtlijnen daar in te sturen.

Dat sturen is lastig omdat er een "conflict" is tussen warmteverlies door ventilatie en een gezond binnenklimaat.
We willen immers onze woningen zo energiezuinig mogelijk uitvoeren, dus met zo min mogelijk warmteverlies.
Het Bouwbesluit is daarbij de leidraad en hierin staat: "er wordt geacht te zijn voldaan indien: ...".
Maarrr...
na 20 jaar Bouwbesluit is het schokkend om op de website van het Ministerie te lezen dat bij 65% van de verblijfsruimten en in 47% van de slaapruimten de CO2 normwaarde die de overheid stelt - te weten 1200 ppm (ppm = parts per million) - wordt overschreden (ter vergelijking: buitenlucht heeft minder dan 400 ppm aan CO2).
Er wordt dus structureel te weinig geventileerd.

In 60% van de woningen is de chemische stof formaldehyde in te hoge concentratie aanwezig (formaldehyde komt vrij uit de lijm van bijvoorbeeld spaanplaat).
Te weinig ventileren betekent een verhoging van de concentratie gifstoffen in onze leefruimtes.
Alleen als we (bouw)materialen kiezen die minder/geen schadelijke stoffen afgeven, zal ons leefklimaat verbeteren!

Wil men een binnenklimaat op gezondheidsaspecten goed kunnen beoordelen, dan ontkomt men er niet aan om verder te kijken dan de CO2 neus lang is.

Gebruikmakend van meettechniek en richtwaarden lost de bouwbiologisch meettechnicus IBN de puzzel van het energiezuinig ventileren op. Het zal een zoektocht zijn naar energiezuinig ventileren in combinatie met minder schadelijke, of het liefst onschadelijke materialen.



© Copyright Oikodome; laatst bijgewerkt apr 2017